27a Leukocytose          [Voorbeeld]

Onderzoek: klein bloedbeeld, dif, ferritine, LDH, CRP. Evt. flowcytometrie

 

Onderbouwing

CLL: >5x109/l monoclonale lymfocyten (met CLL fenotype) in perifere bloed, langer dan 3 maanden (WHO 2008).

Ok: monoclonal B-cel lymfocytose (pre-CLL?) (WHO 2008).

 

Commentaar

  • Leukocyten hoog bij normale CRP/BSE. Dit kan door gebruikt prednison. Dit kan het aantal leukocyten verhogen doordat er meer granulocyten in de circulatie blijven. Overweeg differentiatie/controle bloedbeeld over enige tijd indien de oorzaak onbekend is.
  • Bij ontstekingen zoals rheumatoide artritis kan er een reaktieve trombocytose optreden.
  • Sinds ruim een jaar een hoog aantal leukocyten. Voornamelijk lymfocyten, beeld past bij CLL. Indien klinisch geindiceerd kunnen wij een nadere typering doen van deze lymfocyten, neem daarvoor contact op met het laboratorium voor een nieuwe bloedafname.
  • Volgens onze gegevens vanaf het eerste onderzoek in mei 2006 verhoogd aantal leukocyten. Nu zien wij sporadisch enkele blasten. Cave een hematologische maligniteit of myelodysplasie. In overleg met Dr. XX advies voor aanvullende evaluatie.
  • Verhoogd aantal leukocyten, voornamelijk (atypische) lymfocyten. Dit kan passen bij een viraal infect, BSE/CRP echter normaal. Advies controle bloedbeeld over paar weken.
  • Verhoogd aantal leukocyten (granulocyten) bij normale CRP. Binnen 6-8 uur na begin van acute infectie kan het aantal leukocyten al verhoogd zijn terwijl het CRP nog laag is.

Verhoogd aantal leukocyten met jongere vormen in de myeloide reeks. Advies bloedafname voor LAF-score voor aanvullende diagnostiek myeloproliferatieve aandoening.

  • Verhoogd aantal leukocyten en lymfocyten. Suspect bloedbeeld, aanvullend immunofenotypering ingezet. Dit onderzoek geeft aan dat er sprake is van een monoclonale B-cel populatie, met een markerpatroon karakteristiek voor B-CLL, de meest voorkomende vorm van CLL. Een definitieve uitslag volgt.

 

Voorbeeld

Vrouw 89 jaar.
Geen testen toegevoegd.